De wet op sexting – belangrijke overwegingen voor scholen
Er is momenteel geen wet in Ierland die specifiek de uitwisseling van intieme inhoud online regelt of het meer problematische niet-consensuele delen van expliciete inhoud.
Wat zegt de wet?
Wet op kinderhandel en pornografie 1998
Het delen van expliciete afbeeldingen van minderjarigen is vastgelegd in de Kinderhandel en Pornografie Act 1998. Deze wet is bedoeld om kinderen te beschermen tegen uitbuiting. Als seksuele afbeeldingen of video's van een kind (jonger dan 18 jaar) worden gedeeld of opgeslagen op een apparaat, kan de handeling worden ingeroepen, mits de gedeelde inhoud voldoet aan de definitie van kinderpornografie. Zelf geproduceerde expliciete afbeeldingen uitgewisseld door adolescenten onder de 18 jaar kunnen worden beschouwd als kinderpornografie.
Kortom, elke foto-, video- of audio-opname die een kind laat zien dat seksuele activiteit verricht, of die zich specifiek richt op het genitale gebied van een kind, wordt beschouwd als kinderpornografie. Het is minder duidelijk of content die provocerend is in plaats van seksueel expliciet illegaal is. Een deel van de handeling zou zo kunnen worden geïnterpreteerd dat bijna elke provocerende inhoud die door een kind wordt geproduceerd of verzonden, als kinderpornografie kan worden beschouwd. Uiteindelijk zou alleen een rechtbank beslissen of bepaalde inhoud op grond van deze sectie als illegaal kan worden beschouwd.
chroom wordt niet verwijderd van het configuratiescherm
Alle gevallen waarbij expliciete afbeeldingen van kinderen zijn gemaakt, verspreid of in bezit zijn, zijn potentieel crimineel en moeten worden gemeld aan An Garda Síochána. De plicht om de Gardaí in deze gevallen op de hoogte te stellen, lijkt vereist te zijn door de Wet op het achterhouden van informatie over strafbare feiten tegen kinderen en kwetsbare personen 2012.
Niet-fatale overtredingen tegen de persoon Act 1997 en Criminal Justice (Public Order) Act 1994
Wat is wraakporno?
Het delen van expliciete afbeeldingen van iemand zonder hun toestemming met de bedoeling schade te veroorzaken, kan als intimidatie worden beschouwd. Wraakporno is de populaire term voor het kwaadwillig verspreiden van intieme beelden, zonder toestemming van de betrokkene, om wraak te nemen en publieke vernedering te veroorzaken. Het komt het meest voor wanneer een relatie stukloopt en een in de steek gelaten minnaar wraak wil nemen op een voormalige partner.
hoe je een raster verwijdert in Excel
De Law Reform Commission herziet momenteel de wet inzake cybercriminaliteit die de persoonlijke veiligheid, privacy en reputatie aantast, als onderdeel van het vierde programma voor wetshervorming. Er zijn belemmeringen voor het zonder wederzijds goedvinden delen van expliciete afbeeldingen die worden vervolgd op grond van sectie 10 van de Non-Fatal Offenses Against the Person Act 1997 vanwege de definitie van de term 'intimidatie'. Om gedrag als intimidatie te beschouwen, moet het 'aanhoudend' zijn en ook een directe vorm van communicatie met het slachtoffer. Dit betekent dat het eenmalig, zonder wederzijds goedvinden, delen van een album met expliciete afbeeldingen op een openbare website niet als een misdaad kan worden beschouwd, aangezien de communicatie noch persistent, noch een directe vorm van communicatie met het slachtoffer zou zijn.
Het is waarschijnlijk dat de Wijzigingswet Communicatiewet 2007 zal worden gewijzigd om elektronische berichten en communicatie via sociale media op te nemen. In zijn huidige vorm maakt de wet het strafbaar om telefonisch een bericht te verzenden dat zeer beledigend, of onfatsoenlijk, obsceen of bedreigend is, of (b) met het doel om een andere persoon ergernis, ongemak of onnodige angst te bezorgen– (i) elk bericht per telefoon verzendt waarvan de afzender weet dat het vals is, of (ii) aanhoudend telefoneert naar een andere persoon zonder gegronde reden. Deze specifieke kwestie wordt momenteel beoordeeld door de Law Reform Commission. Nogmaals, het is echter niet aan scholen om te beoordelen of gedrag al dan niet illegaal is. Deze oproep moet worden overgelaten aan wetshandhavers. Scholen hebben de plicht om de Gardaí op de hoogte te stellen, die vervolgens zal vaststellen of er sprake is van intimidatie of afpersing.
The Children First Act 2015
The Children First Act 2015 betekent dat docenten een wettelijke verplichting hebben om aangifte te doen bij Tusla – Agentschap voor Kind en Gezin indien zij weten, geloven of redelijke gronden hebben om te vermoeden dat een kind schade wordt toegebracht, is geschaad of dreigt te worden geschaad. Leerkrachten moeten ook aangiften van een kind melden. De Wet kinderhandel en pornografie stelt dat het maken, verspreiden en in bezit hebben van kinderpornografie illegaal is. Dit zou zo kunnen worden geïnterpreteerd dat iedereen die expliciete afbeeldingen van een kind onder de 18 jaar maakt, verzendt, deelt, opslaat of zelfs maar ontvangt, mogelijk wordt vervolgd op grond van de wet van 1998.
In het geval van zelf gegenereerde expliciete inhoud of 'naakt selfies', kan de persoon zelf de maker, distributeur en bezitter van illegale inhoud zijn. De wet op dit gebied is bedoeld om kinderen te beschermen tegen uitbuiting en niet om hun roekeloze daden strafbaar te stellen. Dat gezegd hebbende, zullen de benaderingen verschillen van Garda Station tot Garda Station. Er is geen protocol dat Gardaí aangeeft hoe om te gaan met ‘naakte selfies’ van adolescenten.
Wat zijn de straffen?
Omdat de wet oorspronkelijk niet bedoeld was om 'naakt-selfies' van tieners aan te pakken, maar eerder voor mensen die zich schuldig maakten aan het verhandelen van afbeeldingen van kindermisbruik, zijn de straffen voor mensen die op grond van de wet schuldig worden bevonden zwaar. Straffen zijn onder meer gevangenisstraf, een boete en ook plaatsing in het register van zedendelinquenten.
Bij bepaalde strafbare feiten is er een discretionaire bevoegdheid of een persoon in het register wordt geplaatst (bijvoorbeeld wanneer de twee betrokken personen dezelfde leeftijd hebben). Voor de strafbare feiten van het maken, verspreiden en bezitten van kinderpornografie bestaat een dergelijke beoordelingsvrijheid echter niet. Als een persoon daarom wordt veroordeeld voor een dergelijk misdrijf, wordt die persoon automatisch voor minimaal 2 ½ jaar in het register ingeschreven.
Gegevensbeschermingswetten 1988 en 2003
De andere juridische principes waarmee rekening moet worden gehouden als het gaat om het niet-consensueel delen van expliciete afbeeldingen, zijn privacy en gegevensbescherming. Volgens de gegevensbeschermingswetgeving hebben individuen het recht om hun persoonlijke gegevens, inclusief hun afbeelding, niet te laten verzamelen en publiceren zonder toestemming. Iedereen die privé-inhoud online publiceert, zou de wetten op gegevensbescherming kunnen overtreden en er zou een civiele rechtszaak tegen hem kunnen worden aangespannen.
De huidige gegevensbeschermingswetten zijn echter geen erg robuuste oplossing voor of bescherming tegen het probleem van het niet-consensueel delen van expliciete afbeeldingen.
Burgerlijk recht en zorgplicht van de school
Een school moet ook rekening houden met de mogelijke blootstelling aan civielrechtelijke geschillen die kunnen ontstaan als gevolg van het sexting/niet-consensueel delen van expliciete afbeeldingen. Het is algemeen bekend dat een school een zorgplicht heeft jegens haar leerlingen en deze plicht strekt zich uit tot het waarborgen dat leerlingen niet worden blootgesteld aan het risico van letsel veroorzaakt door pesten. Gezien de aard van het niet-consensueel delen van expliciete afbeeldingen, is het op zijn minst betwistbaar dat van een school wordt verwacht dat zij actieve stappen onderneemt om ervoor te zorgen dat haar leerlingen worden geïnformeerd over de gevaren en gevolgen van dergelijke activiteiten.
De rechter moet zich nog buigen over de omvang van de zorgplicht bij cyberpesten of sexting/het niet-consensueel delen van expliciete afbeeldingen. Echter, scholen moeten zich ervan bewust zijn dat ze een plicht hebben jegens hun leerlingen en dat ze ervoor moeten zorgen dat de zorgstandaard wordt bereikt om te voorkomen dat zij zouden vaststellen dat zij hun plicht niet hadden vervuld.
Wetsvoorstel online veiligheid en media 2019
De regering heeft ingestemd met de algemene regeling van de: Wetsvoorstel online veiligheid en mediaregulering en het begin van de gedetailleerde juridische opstelling van het wetsvoorstel door het bureau van de procureur-generaal. Het wetsvoorstel voorziet in de benoeming van een commissaris voor online veiligheid als onderdeel van een bredere mediacommissie om toezicht te houden op het nieuwe regelgevingskader voor online veiligheid. De commissaris zal dit nieuwe kader beheren door middel van bindende onlineveiligheidscodes en krachtige bevoegdheden op het gebied van naleving, handhaving en sancties.
Meer informatie voor schoolleiders over dit onderwerp vindt u hier.
werkt Microsoft Office 2010 met Windows 10
